VOORBESCHOUWING GIRO Rit 18. Venijnig zwaar slot met onbekende Coi: herpakt Roglic zich?
Wie als topfavoriet wil aanvallen, krijgt donderdagmiddag daartoe gelegenheid zat. Vooral het slot met de Forcella Cibiana, de moordend zware Coi en Val di Zoldo is beestig zwaar. Herpakt Roglic zich al in de eerste van de drie resterende etappes in de Dolomieten? Of glijdt hij verder af op de vooravond van de koninginnenrit? Dit is een interessante bergrit om een beter inzicht te krijgen van de onderlinge waardeverhoudingen tussen de ‘Grote Drie’.
Kort:
Start: om 12.20 uur
Aankomst: om 17.15 uur
Afstand: 161 km (transfer 5800 meter)
Het parcours:
Dit is geen vijfsterrenrit zoals die van Monte Bondone van dinsdag, maar met 3979 hoogtemeters in slechts 161 km is dat wel de derde zwaarste etappe van deze Giro. Dan krijg je een profiel van een rit dat lijkt op een cardiogram met vijf pieken lijkt.
Het begint vanuit Oderzo rustig, maar er zijn hooguit een dertiental vlakke kilometers na de start. Daarna gaat het lichtjes omhoog, om dan al na 28,3 km te beginnen aan de Passo della Crosetta waarvan de top op 1127 meter hoogte ligt. Met 11,6 km klimmen aan een gemiddelde van 7,1 procent is dit een col van eerste categorie. In het eerste gedeelte van de klim ligt er zelfs een zone van 13 procent.
Na 68,3 km volgt een colletje van vierde categorie (de Pieve d’Alpago). Na een korte afdaling naar de vallei van de Piave beginnen we aan een lijzig lange strook die langzaam omhoog loopt tot Perarola di Cadore (km 107,2 km). Daar ligt de voet van de Pieve di Cadore (waar de tussenspurt ligt) op een plateau dat dan weer naar het begin van de klim van de Forcella Cibiana leidt. Dat is ook een kanjer van eerste categorie waarvan de piek op 1530 meter hoogte ligt. De berg is 9,6 km lang en stijgt gemiddeld 7,8 procent. Hoewel er in het eerste gedeelte ook al een zone van 11 procent ligt, is het tweede deel (9,3 procent) steil, met op twee kilometer van de top zelfs een strookje van 15 procent. Het is een ongelofelijk onregelmatige klim.
Daarna volgt nog de Coi die een nieuwkomer is in de Giro. Slechts 5,8 km lang, maar gemiddeld 9,7 procent stijgend. Dat zijn cols die je in Frankrijk qua steiltegraad zelden ziet. Via en ultrakorte afdaling komen we aan de slotklim naar Val di Zoldo die met 2,7 km lengte en gemiddeld 6,4 procent percentage zowat de gemakkelijkste opdracht van de dag is. En alsof dat nog niet voldoende is zijn er onderweg duizend-en-één bochten. Volgens de organisatie is deze etappe vier sterren waard, maar gegarandeerd krijgen alle nog in koers zittende renners onderweg sterretjes te zien.
Onze sterren:Meer dan de vrijdagrit naar Tre Cime di Lavaredo lijkt Val di Zoldo voor de betere klimmers meer mogelijkheden te hebben om het in de vlucht tot de streep uit te zingen. In die zin is het een belangrijke rit voor Ben Healy die in de maglia azzurra fietst. Rijden de vluchters tot het einde, of krijgen we voor de tweede keer in drie dagen een kandidaat-eindwinnaar als ritwinnaar? Dat is de hamvraag.
*** Geraint Thomas
** João Almeida, Primoz Roglic
* Ben Healy, Einer Rubio, Eddie Dunbar
Dit zijn de sleutelmomenten:
De toppen in de Dolomieten beslissen welke topper deze 106de Giro d’Italia wint. Val di Zoldo is de eerste van een trilogie waarnaar elke kandidaat-rondewinnaar met respect uitkijkt. Het terrein is er om de top-tien dooreen te schudden, maar anderzijds is er op vrijdag de koninginnenrit en kan het dat er pas de laatste vijftien kilometer oorlog wordt gemaakt.
In de eerste dertig kilometer wordt de vlucht van de dag gevormd. Wie nog ambitie heeft op de ‘maglia azzurra’ wipt best op die trein. Dat wordt het eerste sleutelmoment van de dag.
De laatste 37 km met achtereenvolgens de Forcella Cibiani, de Coi en de slotklim van Alto di Zoldo zijn beestig zwaar. Pas indien er op de Forcella één van de grote drie in moeilijkheden komt, krijgen we daar echt strijd. In het andere geval is het wachten tot de laatste veertien kilometer: met andere woorden: tot de klim van de mysterieuze en zware Coi. Hét probleem is dat daags nadien de koninginnenrit op het dagmenu staat. Waardoor de hoofdrolspelers het gevecht in principe zo kort mogelijk houden in functie van vrijdag én zaterdag.
Dit moet u nog weten:
* We starten in Oderzo, een stad in de provincie Treviso. Het is de geboorteplaats van Pierangelo Bincelotto die vooral einde de jaren ‘90 de zesdaagsen reed en er acht won. Met Jens Veggerby werd hij in 1990 ook Europees kampioen ploegkoers.
* Het pronkstuk van Oderzo is de Piazza Grande die ook het kloppend hart is van dit stadje. De kathedraal (Torresin) zou origineel in de tiende eeuw zijn opgetrokken.
* Val di Zoldo was ook een aankomstplaats in de Giro van 2005. Paolo Savoldelli won er in een sprint met twee van Ivan Basso die dan nog leider bleef, maar Savoldelli nam twee dagen leider definitief de maglia rosa over.
* Achttien jaar geleden zat de Coi er nog niet bij. Toen heette het dorp nog Zoldo Alto dat in 2016 samengevoegd werd met Forno di Zoldo en een nieuwe fusienaam kreeg.
* Val di Zoldo is vooral een ronkende naam als wintersportstation. In de regio werden vroeger wereldbekers Alpijns skiën gehouden.
* Het bergdorpje telt nog geen drieduizend inwoners en ligt in de provincie Belluno in de regio Veneto. Het ligt in het hart van de Dolomieten. Het is ook de voornaamste poort naar het skigebied van de Ski Civetta dat 72 km pistes bevat. De landschappen en bergen in het Parco Nazionale delle Dolomite Bellunesi zijn er adembenemend mooi.
* De kerk San Floriano bevat een kunstschat van Andrea Brustulon, een beeldsnijder die profaan en religieus meubilair maakte in de barokstijl. De kunstenaar stierf in 1732.
* We krijgen een mooie, zonnige dag. Bij de start in Oderzo is het zelfs 27 graden warm, naar de finish toe hebben we nog een kleine 20 graden. De wind lijkt geen bepalende rol te spelen.
Lees meer
Tourfavoriet Tadej Pogacar beklimt de hoogste geasfalteerde berg van Europa: “Ik leek precies op de maan te fietsen”
Wout Van Aert zet in Zwitserland laatste puntjes op de i richting de Tour (en het WK): “Hier om vertrouwen op te doen in tijdritten”
Florian Vermeersch moet ook in het Hageland vrede nemen met ereplaats: “Ik had de benen om te winnen, maar maakte enkele kapitale fouten”
Overdosis pech houdt Mathieu van der Poel van mogelijke zege in Dwars door het Hageland: “Bij de derde keer was het kalf verzopen”