Vijf recepten voor een rustige buik: darmexperts brengen kookboek uit
Het prikkelbaredarmsyndroom klinkt misschien een tikkeltje exotisch, maar naar schatting zou tien procent van de Belgen eraan lijden. Toch blijven nog heel wat patiënten rondlopen met de symptomen zonder op zoek te gaan naar hulp. Maag en darmspecialist Heiko De Schepper en Michael Sels, hoofddiëtist verbonden aan het UZ Antwerpen én chef, bundelden in een nieuw boek hun krachten om de ziekte meer onder de aandacht te brengen. Ze geven uitleg over het PDS, benoemen risico’s en ontwikkelden ook 40 PDS-vriendelijke recepten. Wij geven je alvast een voorsmaakje met 5 van de recepten uit hun Prikkelbare darmen kookboek, recepten voor een rustige buik.
,Camille Van Puymbroeck
Aardbeiencrumble
Voor 2 personen - 15 minuten + 30 minuten in de oven
Ontkroon de aardbeien en snijd ze in kwartjes. Verwarm drie vierde van de aardbeien met 2 eetlepels water en ahornsiroop in een pannetje tot ze zacht zijn. Meng in een kommetje 2 eetlepels water met het maiszetmeel en voeg dit mengsel samen met het chiazaad al roerend toe aan de aardbeien. Laat 2 minuten doorkoken. Haal de compote van het vuur en voeg de overgebleven aardbeien toe.
Mix in een blender een derde van de havermout fijn tot havermeel.
Smelt de margarine en meng met de havermout, het havermeel, een snuifje zout en de rietsuiker. Roer dit goed door elkaar tot je een plakkerig mengsel hebt.
Doe de aardbeien in een ovenschaaltje en verdeel de crumble hierover.
Bak de crumble ongeveer 30-35 minuten in de oven tot de bovenkant knapperig en bruin is.
Serveer de aardbeiencrumble met een schep kokosyoghurt.
Je eigen wraps maken met verborgen groenten is niet alleen goed voor je portemonnee, je wordt er ook blij van! Ik maak er vaak wat extra om in te vriezen, zodat ik later een makkelijke, snelle lunch achter de hand heb.
Nodig
4 eieren
100 gram verse spinazie
2 eetlepels mäiszetmeel
2 stronkjes witlof
1 eetlepel kappertjes
2 eetlepels mayonaise
2 plakken serranoham
olijfolie
peper
zout
Doen
Mix in een blender de eieren met de spinazie, het maiszetmeel en flink wat peper en zout.
Verwarm een pan op het vuur met wat olie. Giet een derde van het eimengsel in de pan en verdeel dit gelijkmatig over het hele oppervlak van de pan door te draaien. Bak de eierwrap gaar, draai om en bak nog 1 minuut.
Snipper het witlof fijn, meng met de mayonaise en de kappertjes, roer alles goed onder elkaar en kruid met peper en zout.
Verdeel de vulling over de eierpannenkoeken, leg bovenop een plak serranoham en rol ze op.
Polentafriet met kabeljauw en rucolapesto
Voor 4 personen - 15 minuten + 1 uur in de koelkast + 35 minuten in de oven
Dit is een gerechtje om mee uit te pakken! Je mag een luid applaus verwachten van alle niet-FODMAP’ers aan je tafel! De polentafrietjes zijn krokant en goudbruin... echt om van te watertanden.
Nodig
100 gram polenta
20 gram margarine
60 gram Parmezaanse kaas
peper
zout
olijfolie
1 eetlepel gedroogde rozemarijn
4 moten kabeljauw
50 gram rucola
50 gram pijnboompitten
Doen
Kook 400 milliliter water in een ruime pot, voeg de polenta al roerend toe en kook ze gaar voor ongeveer 5 minuten, tot je een dikke pap bekomt. Voeg de helft van de geraspte parmezaan, margarine, rozemarijn en flink wat peper en zout toe.
Verdeel het polentamengsel over een met bakpapier beklede bakplaat of ovenschaal. Leg er een stuk vershoudfolie op en druk alles aan tot ongeveer 1 centimeter dikte.
Zet het nu minimaal 1 uur in de koelkast om op te stijven.
Verwarm de oven voor op 210 °C. Snijd de polenta in frieten van 1 centimeter dik met een groot mes en leg ze op een met bakpapier beklede bakplaat.
Bestrijk de frieten met een beetje olie. Gebruik hiervoor een kwastje. Bak ze ongeveer 30 tot 35 minuten en keer halverwege de baktijd even om. Kruid de vis met peper en zout en bak gaar in een hete pan.
Mix met een staafmixer de rucola en de rest van de Parmezaanse kaas met de pijnboompitten, 2 eetlepels water en 2 eetlepels olijfolie tot een pesto.
Verdeel de pesto op het bord, leg de gebakken kabeljauw erop en serveer met de frietjes.
Kwarktaart met citroen en kiwi
Voor 6 personen - 15 minuten + 4 uur in de koelkast
Een taart die je niet hoeft te bakken, zo makkelijk kan het zijn! Dankzij de frisheid van citroen en kiwi is dit dessert prima als afsluiter van de maaltijd of als fris tussendoortje bij een heerlijke kop thee.
Nodig
75 gram droge FODMAP-arme koekjes
30 gram margarine
2 eetlepels amandelmelk
500 gram lactosevrije kwark
rasp van ½ citroen
sap van ½ citroen
1 zakje vanillesuiker
3 gelatineblaadjes
2 kiwi’s
Doen
Verkruimel de koekjes met een keukenmachine.
Smelt de margarine in een steelpannetje of in de magnetron. Doe de koekjes in een kom, voeg hier de amandelmelk aan toe en de gesmolten margarine. Meng alles stevig door elkaar.
Bekleed de springvorm met bakpapier. Verdeel het koekjesmengsel over de bodem en druk aan met de achterkant van een lepel. Zet de bodem in de koelkast terwijl je de rest van het recept maakt.
Week de gelatine 5 minuten in een kom met koud water.
Doe de kwark in een kom. Rasp de schil van een halve citroen en pers de halve citroen uit. Voeg dit toe aan het kwarkmengsel. Voeg ook een zakje vanillesuiker toe. Knijp de gelatineblaadjes uit en doe ze in het steelpannetje. Smelt ze op een zacht vuur. Zorg ervoor dat ze niet warmer worden dan 50 °C.
Meng de gelatine onder het kwarkmengsel en stort het boven op de koekjesbodem.
Strijk de bovenkant glad met de achterkant van een lepel en zet de taart minstens 4 uur in de koelkast.
Dit gerecht is een echte time-saver: de oven doet alles voor je. Zo wordt koken kinderspel! Voor mij mag zeker de limoen niet ontbreken: die geeft een mooi zoetzuur contrast met de oestersaus.
Nodig
1 broccoli
4 zalmnoten
100 gram boerenkool
2 centimeter gember
1 eetlepel sesamolie
1 eetlepel oestersaus
chilivlokken
olijfolie
peper
zout
2 limoenen
50 gram pinda’s
Doen
Verwarm de oven voor op 210 °C.
Snijd de broccoli in kleine roosjes, leg ze op een bakplaat en overgiet met sesamolie. Leg ook de moten zalm op de bakplaat en bak 10 minuten in de oven.
Was de boerenkool en snipper ze fijn. Voeg ze toe aan de bakplaat, samen met de pinda’s, en bak opnieuw 12 minuten.
Voor het sausje rasp je de gember fijn en meng je die met de oestersaus, het sap van 2 limoenen, 2 eetlepels olijfolie en chilivlokken, peper en zout naar smaak.
Haal de bakplaat uit de oven, overgiet met het sausje en serveer.
