PRAKTISCHE GIDS BRABANTSE PIJL 2022. Laatste Vlaamse klassieker is pittige afsluiter, met flashback naar WK
Aan het slot van het Vlaamse voorjaar staat traditiegetrouw De Brabantse Pijl op het menu. Deze keer op woensdag 13 april wel niet voor, maar na de Amstel Gold Race. En vaak mogen we in die twee koersen dezelfde (soort) renners naar voren schuiven. Het parcours is alvast erg pittig te noemen, met ook een flashback naar het WK van vorig jaar.
61e Brabantse Pijl
Start: op woensdag 13 april, om 12u30 in Leuven
Aankomst: omstreeks 17u25 in Overijse
Afstand: 204,8 km
Te volgen op: van start tot finish op www.sportwereld.be, vanaf 14u45 op één
25 hellingen, met S-bocht in Overijse en Moskesstraat als scherprechters
De kronkelende wegen in en rond Overijse nemen het peloton mee, dwars door het groen rond de Belgische hoofdstad. Een mix van liefhebbers van de langere beklimmingen en de toppers die de Vlaamse klassiekers achter de kiezen hebben, strijden mee op de geboortegrond van Brabanders Eddy Merckx, Frans Verbeeck en Raymond Impanis.
De kasseien van de Moskesstraat en de S-bocht in het centrum van gaststad Overijse zullen op 13 april 2022 opnieuw sleutelpunten zijn in de 62ste editie: beide hellingen kennen we nog van het WK in Leuven. Maar er is natuurlijk meer: de Bruineput in de lange aanloop, maar ook de Hertstraat, Holstheide en Hagaard in de plaatselijke ronden.
Belangrijkste passages:
om 12u30: start in Leuven
omstreeks 14u25: de Bruineput
omstreeks 15u35: eerste keer Moskesstraat
omstreeks 15u50: eerste doortocht aan finish in Overijse
omstreeks 16u07: tweede keer Moskesstraat
omstreeks 16u22: tweede doortocht aan finish in Overijse
omstreeks 16u38: derde keer Moskesstraat
omstreeks 16u52: derde doortocht aan finish in Overijse
omstreeks 17u08: derde en laatste keer Moskesstraat
omstreeks 17u23: aankomst in Overijse
© BELGA
Klimmers en kasseistoempers
De Brabantse Pijl werd een vaste waarde op de agenda van heel wat toppers, als overgang tussen de Vlaamse kasseikoersen en de klimklassiekers in de Ardennen. Mathieu van der Poel, Julian Alaphilippe en Tom Pidcock, de winnaars van de laatste drie edities (zie lager), onderstrepen die stelling.
Titelverdediger Pidcock en wereldkampioen Alaphilippe zijn de grootste namen aan de start, maar wat dan te denken van ‘outsiders’ als Benoît Cosnefroy, Dylan Teuns, Marc Hirschi, Tim Wellens en Jan Bakelants?
Hier staat ingevoegde content uit een social media netwerk dat cookies wil schrijven of uitlezen. U heeft hiervoor geen toestemming gegeven.
Zo was het vorig jaar: Tom Pidcock remonteert Wout van Aert
Geen Mathieu van der Poel (winnaar in 2019) of Julian Alaphilippe (winnaar 2020) aan de start, en dus waren vorig jaar alle ogen gericht op Wout van Aert. Na een razendsnel begin trok Tom Pidcock in de voorlaatste ronde door op de kasseien van de Hertstraat, hij kreeg Matteo Trentin en Van Aert mee in zijn kielzog naar voren.
Na een versnelling van Cosnefroy op de Holstheide, nam Van Aert gretig over. De kopgroep werd daardoor uitgedund tot tien man. Trentin sprong als eerste weg, maar op de kasseien van de Hertstraat ontbond Pidcock opnieuw zijn duivels. Van Aert kon als enige volgen en samen reden ze naar de Italiaan toe. De drie sterksten in koers zaten vooraan. Cosnefroy en Teuns probeerden de brug nog wel te maken, maar het trio voorin bleef goed ronddraaien en reed hard door richting Overijse. Van Aert was de torenhoge favoriet en leek die rol waar te maken na een quasi perfecte koers. Maar Pidcock weerstond en remonteerde Van Aert. Trentin was al blij dat hij derde was in Overijse.
Uitslag:
1. Tom Pidcock
2. Wout van Aert
3. Matteo Trentin
4. Ide Schelling
5. Toms Skuijns
6. Robert Stannard
7. Dylan Teuns
8. Benoît Cosnefroy
9. Oscar riesebeek
10. Andreas Leknessund
© BELGA
Indrukwekkende erelijst: de Grote Vier
Voor 2010 was het een bont allegaartje op de erelijst van sprinters en klassieke toppers. Wel een indrukwekkend allegaartje met namen als Oscar Freire, Johan Museeuw, Michele Bartoli en Edwig Van Hooydonk die allemaal minstens twee keer wonnen. Van Hooydonk is alleen recordhouder met vier zeges.
Toen Flanders Classics het parcours verhuisde van het Pajottenland naar de Druivenstreek was er - zoals wel vaker - heel wat protest, maar de erelijst geeft Wouter Vandenhaute alvast geen ongelijk. De laatste vier jaar werd telkens gewonnen door eentje van de ‘Grote Vier’, want laten we Pidcock al minstens op gelijke hoogte zetten van kleppers als Van Aert, Van der Poel en Alaphilippe. Voeg daar ook winnaars als Tim Wellens, Sonny Colrbelli en Philippe Gilbert aan toe en je weet dat heel wat renners maar wat graag hun naam willen bijschrijven op de erelijst in Overijse.
De laatste 10 winnaars:
2021: Tom Pidcock
2020: Julian Alaphilippe
2019: Mathieu van der Poel
2018: Tim Wellens
2017: Sonny Colbrelli
2016: Petr Vakoc
2015: Ben Hermans
2014: Philippe Gilbert
2013: Peter Sagan
2012: Thomas Voeckler
Hoofdpunten
Op audiëntie bij Tadej Pogacar, die het ideale scenario voor de Ronde van Vlaanderen kent: “Als ik wil winnen, moet ik alleen aankomen”
Lotte Kopecky droomt van tweede zege op rij in Ronde, maar heeft toch een voorkeur: “Als ik moet kiezen, ga ik voor Parijs-Roubaix”
Ploegleider Wilfried Peeters: “Op een dag staat Remco Evenepoel aan de start van de Ronde van Vlaanderen”
Tom Pidcock weet al (een beetje) wat er zondag gaat gebeuren, maar wil zich vooral meten met de ‘Grote Drie’: “Wie wint de Ronde? Ik!”
Lees meer
Ploegleider Wilfried Peeters: “Op een dag staat Remco Evenepoel aan de start van de Ronde van Vlaanderen”
Tim Merlier debuteert op zijn dertigste in de Ronde van Vlaanderen (en heeft er zin in): “Wout stuurde me dat mijn selectie terecht was”
Op audiëntie bij Tadej Pogacar, die het ideale scenario voor de Ronde van Vlaanderen kent: “Als ik wil winnen, moet ik alleen aankomen”
Tom Pidcock weet al (een beetje) wat er zondag gaat gebeuren, maar wil zich vooral meten met de ‘Grote Drie’: “Wie wint de Ronde? Ik!”